zondag 28 februari 2010

Tegeltjeswijsheid


‘Wie gromt heeft een hondenleven’, staat er op het tegeltje dat ik ooit cadeau kreeg van mijn tante Lena. De boodschap was destijds niet besteed aan mijn ongelukkige, puberende dertienjarige zelf. Maar zelfs tante Lena had toen niet kunnen bevroeden dat gedragwetenschappers deze tegelwijsheid later zouden bevestigen. Hoe wij ons gedragen bepaalt mede hoe wij ons voelen. En daar blijft het niet bij: ook wat wij zeggen en denken speelt een belangrijke rol in ons gevoelsleven.

‘Gelijk een vogel zingt zoals hij gebekt is, zo is een mens gekend door wat hij zegt’, leert een Engels spreekwoord. Dit geeft aan dat taal veel meer is dan alleen een middel om een boodschap over te brengen: het bepaalt onze identiteit. Wat we zeggen (en hoe) maakt duidelijk wie we zijn en waar we voor staan. Welke woorden we kiezen en hoe deze onze mond uitrollen, maakt duidelijk hoe we ons voelen en roepen gevoelens op bij anderen. Daarmee kan taal een machtig wapen zijn, dat we voor alle mogelijke doelen kunnen inzetten. In deze verkiezingstijd wordt dat maar weer eens duidelijk.

Het debat is vervangen door een ‘strijd’ in de ‘politieke arena’, een duidelijk signaal dat het niet meer om een vreedzaam proces gaat. Zelfs schelden is tegenwoordig geen taboe meer onder politici. Het doet toch geen zeer. Of toch? Schelden heeft geen ander doel dan te beledigen en te krenken. Hoe kan dat pijnloos zijn? Een kenmerk van schelden is dat er geen argumenten aan ten grondslag liggen, alleen gevoelens. Dat kan nooit een basis zijn voor een vruchtbaar gesprek of debat. Het kan slechts reacties oproepen, en die kunnen haast niet anders dan negatief zijn. Achteloos gebruikte, krenkende woorden kunnen immers nooit een positief gevolg krijgen.

In Almere sprak PVV-Kamerlid Raymond de Roon deze week in de hitte van de strijd over ‘stadscommando’s’, ‘straatterrorisme’ en ‘heropvoedingskampen’, daarmee een beeld oproepend dat de oorlog nabij is in zijn stad. ‘De stadscommando’s moeten vergaande bevoegdheden krijgen om orde en veiligheid in de stad te waarborgen.’ Extreme woorden roepen extreme reacties op. De reacties zullen dus op zijn minst strijdvaardig zijn en voor je het weet gebeurt precies dat wat hij zegt te willen bestrijden. Je hoeft niet ver terug te gaan in de geschiedenis om voorbeelden te vinden van waar ‘oorlogszuchtige’ taal toe leidt. Wat we echt nodig hebben in deze roerige tijden zijn zachte woorden en harde argumenten. En daar is geen woord Frans bij.

zaterdag 13 februari 2010

Aangehaald

'Smooth the brow, brighten the eye and your heart must be frigid indeed if it does not gradually thaw'
William James (1890)