woensdag 26 januari 2011

Geknipt!


Vegetariërs maken een enorme denkfout
Stoppen met vlees eten als protest tegen dierenleed is dom. Het gaat er namelijk niet om of het dier voor je wordt gedood, maar hoe het heeft geleefd.
Dat betoogt Jenna Woginrich, voormalig vegetariër en nu een biologische boer, vandaag in The Guardian.


Wie maakt er hier een denkfout?

Vegetariërs zijn dus een beetje dom vindt Jenna Woginrich. Zij kopen geen vlees en daarom hebben zij juist géén invloed op de leefomstandigheden van productiedieren. Deze redenering lijkt mij op meerdere punten mank gaan.

Ten eerste gaat zij voorbij aan de enorme gevolgen die de bio-industrie heeft voor maatschappij, natuur, milieu en volksgezondheid. De kosten daarvan zijn niet verwerkt in de vleesprijs, maar worden afgewenteld op de maatschappij als geheel, inclusief de honderdduizenden vegetariërs die ons land telt. Dat geeft vegetariërs dus zeker recht van spreken.

Ten tweede, als je haar redenering doortrekt, mag je geen mening over een product hebben tenzij je het eerst koopt. Ik moet dus eerst bont aanschaffen voor ik antibont mag zijn of foute koffie kopen voordat ik een mening mag hebben over uitbuiting.

Ten derde vind ik het argument dat de vleesindustrie geen boodschap heeft aan dierenwelzijn treurig. Boeren verdienen hun inkomen dankzij hun dieren. Is het niet hun verantwoordelijkheid om deze dieren een levenswaardig bestaan te geven? Het lijkt mij iets te gemakzuchtig om de verantwoordelijkheid voor de misstanden in de bio-industrie geheel bij de consument te leggen.

Ten slotte is de stelling ‘Als wreedheid slecht voor de handel is, dan zal de handel simpelweg veranderen’, discutabel. Dieren zijn geen paperclips, maar wezens met behoeftes en emoties. Dat wreedheid tegen dieren acceptabel is zolang de handel daarbij floreert, is een afschrikwekkende gedachte. Dan ben ik maar liever een beetje dom.

maandag 24 januari 2011

Aangehaald

‘Van de manieren waarop wij de dingen zin geven in overeenkomst met het patroon van onze cultuur, is de manier waarop wij zin geven aan de relatie met dieren een van de meest fundamentele’
Rudy Kousbroek, uit: De aaibaarheidsfactor

ActieZwerfhonden


Huisgenoot en beste maatje Scarface is een zwerver. Wás een zwerver moet ik zeggen, want na acht jaar een krappe woning op het balkon bewoond te hebben, geniet hij nu alweer een jaar of wat van het binnenhuisbestaan. Hij heeft geluk gehad. Vele duizenden van zijn soortgenoten leven een zwervend bestaan. Als je het al een bestaan kunt noemen; in sommige provincies zijn ze zelfs vogelvrij.

Zwerfkatten hebben we in Nederland dus volop, maar roedels zwerfhonden zul je hier niet snel tegen het lijf lopen. Dat betekent niet dat Nederlanders geen honden dumpen. Integendeel. Het aantal op straat gevonden dieren neemt nog elk jaar schrikbarend toe. Het is dankzij ons goede asielsysteem dat deze dieren niet gedoemd zijn om levenslang op straat te blijven.

In het buitenland is dat wel anders. Je hoeft niet ver te reizen om geconfronteerd te worden met de kommer en kwel van zwerfdieren. Portugal, Spanje, Griekenland, Bulgarije, en dat is alleen nog maar in de EU. Ook Turkije heeft een gigantisch zwerfhondenprobleem, weet ook Linda Taal, initiatiefneemster van de Stichting ActieZwerfhonden.

Alleen al in Istanbul leven er naar schatting 100.000 honden op straat; een miljoen in heel Turkije. Acties van de gemeentes om de dieren te vergiftigen of te deporteren halen niets uit. Zoals gebeurt in alle populaties waarop gejaagd wordt, planten ze zich alleen maar sneller voort. Het doden van deze dieren is dus niet alleen wreed, het is ook nog eens hopeloos ineffectief.

Een betere en meer humane aanpak is het steriliseren en weer vrijlaten, de zogenaamde trap/catch, neuter and release-methode. Deze methode pakt het probleem bij de wortel aan: de voortplanting. Het is ook de aanpak die Taals stichting propageert en toepast. Maar er is meer nodig benadrukt ze. Het steriliseren verandert weinig aan het miserabele bestaan van de straatdieren.

Reden voor de stichting om zich intensief bezig te houden met educatie gericht op een mentaliteitsverandering bij de Turkse bevolking. Ook dieren verdienen respect en bovenal compassie. In een dergelijk 'klimaat' zullen niet alleen zij, maar ook de mensen met wie ze hun stukje aarde delen gedijen. En dat geldt zeker niet alleen voor Turkije.

maandag 10 januari 2011

Misdadige kunst


Dieren kunnen beter niet in handen van sommige wetenschappers vallen. De kans bestaat dat ze dan als proefdier eindigen. Maar ook bij kunstenaars zijn dieren niet altijd veilig. Performance-kunstenares Katinka Simonse wurgde haar eigen kat en maakte er een tasje van. Later dreigde ze tientallen kuikens levend te versnipperen en volgende week komt ze voor de rechter vanwege de mishandeling van 75 hamsters.

Ze is helaas niet uniek. Damien Hirst liet een tijgerhaai vangen en zette hem op sterk water. Zijn Costa Ricaanse collega Guillermo Habacuc Vargas maakte een tentoonstelling van de hongerdood van een straathond. De Deen Marco Evaristti bedacht the goldfish blender. Medelander Theo van Meerendonk smeerde achttien goudvissen in met verf en liet ze op doek spartelen totdat ze dood waren.

Dierenmishandeling als kunst; de kunstenaar als dierenbeul. Zelf zien ze het uiteraard anders. Ze verdedigen hun creatieve wreedheden met verklaringen als dat ze alleen de hypocrisie, de dubbele moraal van mensen willen laten zien. Ze willen slechts een statement maken en anderen aan het denken te zetten. Simonses doel bij de hamstermishandeling was ‘dat er wordt nagedacht over de manier waarop mensen met huisdieren omgaan’. Dat van de vrouw die haar eigen huisdier vilde.

Deze ‘kunstenaars’ martelden en doodden dieren voor hun eigen gewin, maar voelen zich superieur aan gewone stervelingen, die zij ook graag nog even wijzen op hun morele tekortkomingen. Je bestrijdt vuur niet met vuur en hypocrisie niet met hypocrisie. Of zoals een Engelse uitdrukking het mooi samenvat: Two wrongs don't make a right.